Zwiep voorwaarts het wiel
van de vier grote universele geloften.
(Hakuin)
HET WAARHEIDSWIEL
Dit lijdend lichaam is als
wensjuweel een herberg
voor elke levensvorm een
thuis voor alle bewegen
een diepe grond die vredig
de tekens voedt van wie
zoekt naar voeling met wat
werkelijk nergens voldoende
zich liefdevol leerde zien
inzicht omtrent oude honger
legt de oorzaak bloot van
mijn enge voorraad ademing
en lekgeslagen interesse
die steevast proevend hier
het ongemak van overdaad mij
laat staren door de spijlen
in het lok- en weigerraster
van doodgeboren willekeur
geen enkele vorm is eindvorm
want zoveel versere werking ons
dagelijks zoveel eerder vormt
en ademloze voorgeboorte ons
uit veel dieper bron vervoert
ons hart zo ongenadig stuwt
door fluwelen volheid dat zelfs
jij oprecht gewekt je opent
voor vorstelijkst totaalbestaan
de zegetocht van deze draak
door cellenstof en breingewas
leunend hier en proestend daar
maakt wel beschamend kenbaar
de grove wapens in mijn hand
de giftig geurende helingsdrang
en diep geschonden taligheid
van alle waakzotte wezens
zo sereen door hem verorberd.
◄║►
LEERWENS
Hoe edel moet de keuze zijn
hoe terecht roept ons verlangen
welk gaatje is nog niet gevuld
en hoeveel ruimte mag er zijn
slaan de stoppen nog niet door
vriend of ben je reeds in slaap
gevallen bij het zoemen van
zich ontvouwende interpretatie
ons gebeente intussen schakelt
zijn vele duizenden klopmodules
lustig en ouderwets vertrouwd
van luidruchtig naar intiem en
gedwee naar zwierig dan instant
omgekeerd haast aartsvijandig
allicht, zo leren wij verteren
dit biomagisch krachtvoer
maar wat moet buurvrouw dan
met haar wekelijkse gasten en
hoe doorstaat haar hond intussen
ons zo plooibaar asielgeweten
straks als ik naar mijn moeder ga
zal zij weer weigeren mij te kennen
hoe hard ik ook proberen wil
steeds boeit haar wezenlijkers
krachtigers is hier werkzaam
warme goedheidsnevel golft
over de vele ontmoedigde kruinen
en sprenkelt zachtjes vuurvocht
ik slik verrast en voel me bijna
overvallen maar weet onwennig
dit vleesgeval slechts worstelt
met hoe wonderlijk alles waar is.
◄║►
ONTWAAND
Tussen de dubbele waan
van zelfbedrog en onmacht
ontspringt gods glimlach
vrijmoedig in elk mensenhart
het doet goed
als dolgunnend gezelschap
ons vreugdevol stuurt
op steeds doellozer pad
van alle voedsel onderweg
is er geen krachtiger hap
dan hartverwarmend notiesap
uit vorstelijk vertrouwen
zo zijn we doodnormaal
gestart en stilletjes voorzien
achterwaarts voorgoed voltooiend
deze dysfunctionele thuiskomst
nog vóór de gids is uitgesproken
luistert niemand meer
naar wat profetisch
achterhaald de ruimte vult
ook zonder bemoedigende tongen
zijn wij al intiemer mens
want overal bespoeld ontwaakt
en opent zich ons magisch weefsel
naadloos groot of klein
dit allerwonderlijkst verfijnen
vindt plaats vóór willekeur
van droom en vleesverwerking
wat echt is drijft niet weg
maar wordt gedragen
in de oude heilige stroom
van liefdevol ontgrenzen
die jou blakende levenskern
donders goed doet voelen
hoe diepst bedoeld
wij vrij zijn.
◄║►
MEESTERLOOS
Snot of slivovitz pray for us
(Philip Whalen)
Alle leven worstelt lijflijk zich
door sloom begoocheld maaksel
van feitelijk niet-bestaan
droeve dwaasheid
in elke spat moeras glimmen
nieuwe hordes minnaars
de meesterloze leerling
viert bewust gedwee ons
meest ambachtelijk menszijn
uit intiemste bossen kapt hij
op zacht bevel van haardvuur
steeds steviger hout.
◄║►